Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben.
(Harry Mulisch)

dinsdag 21 september 2010

Bang om te leven



Maandag om twaalf uur reed ik naar de winkel om druiven en drie soorten kaas te kopen voor de maaltijd met Beatriz.
Zoals dat gaat in de supermarkt, kocht ik naast de waren op mijn lijst ook melk en appels, een baguette met sesamzaad en madeleines en toen ik bij de kassa mijn beurt afwachtte, liet ik mijn kar in de rij staan en liep naar de droge vruchten om een rol pâte d'amande te halen want dat is minstens even lekker als marsepein.

Tijdens die tien minuten in de supermarkt zag ik onze twee gemeentelijke politieagenten, de kassierster van de doe-het-zelfzaak en een vrouw uit de apotheek. Toen ik betaald had, duwde ik mijn kar over het parkeerterrein naar de auto. Er reed een zwarte wagen voorbij, volgestouwd met koffers. De bestuurder was een man met kort haar en een dure zonnebril. Naast hem zat een jonge vrouw. Ze leunde tegen het raam, zo ver mogelijk van de bestuurder, dekte met haar handen haar oren af en huilde met grote, verschrikte ogen.

Wat was tussen hen gebeurd? Hoe lang waren ze al samen, waar gingen ze naartoe, waar kwamen ze vandaan? En hadden ze gewoon een meningsverschil of lag het dieper?
Ik dacht de roman Tussen Een Persoon van Esther Gerritsen. De hoofdpersoon, een naamloze jonge vrouw, woont samen met een wat oudere man. Ze staan op het punt van de stad naar het platteland te verhuizen, maar op de dag van de verhuizing, als bijna alle meubels in de verhuiswagen zijn ingeladen, beslist de vrouw dat alles moet blijven zoals het is. Ze bindt haar vriend vast, kleeft tape op zijn mond, en trekt hem op het bed. Terwijl hij daar ligt, met de polsen en enkels aan elkaar vastgesnoerd, steekt zij de monoloog af waaruit de roman bestaat, over hun ontmoeting, hun reizen, de voorbereidingen van de verhuis.

Wat mij van de eerste bladzijde opviel was de aparte stem van het personage. Soms lijken haar gedachten die van een waanzinnige, maar op andere keren zijn ze zeer herkenbaar. Door die goede dosering slaagt Esther Gerritsen erin de lezer in het hoofd van haar personage te verplaatsen.
Tijdens een lange, duistere monoloog legt de vrouw haar relatie op de rooster. Ze beseft dat ze haar vriend meer en meer irriteert. Maar wat hij details noemt, zoals de keuze tussen een mandje of een kar in de supermarkt, maakt voor haar deel uit van de kern van het leven. De vrouw concludeert dat de relatie op een hoogtepunt moet stoppen.
De stem van het personage is soms droog en analyserend, soms zacht en liefdevol. Dat maakt de sfeer bevreemdend. We vergeten bijna dat haar daad gruwelijk is. Tussen een persoon is een intense, prachtige roman over een vrouw die bang is om te leven.

Intussen was ik bij mijn auto gekomen. Enkele plaatsen verder stond een rode MG cabriolet met een Engels nummerbord. Een portier was opengeklapt en op de lege plaats naast de auto was een lange man met een nieuwe spijkerbroek iets aan het eten.
Ik laadde mijn boodschappen de koffer in en bracht de winkelkar weg. Toen ik het parkeerterrein uitreed, zag ik een man van misschien vijfendertig die twee bejaarde vrouwen in zijn auto hielp. Hij was twee koppen groter dan zij en ze lachten alle drie.

Geen opmerkingen: