Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben.
(Harry Mulisch)

maandag 18 oktober 2010

Honing



Ik kon het proberen, al was de kans klein. Het boek was pas een maand verschenen, tegelijkertijd in het Frans, Engels, Nederlands en nog vier andere talen, haalde de coverpagina van boekenbijlagen wereldwijd, en zou weleens de Prix Goncourt voor de neus van Houellebecq kunnen wegkapen.
Of Même le silence a une fin binnen was?

De bibliothecaris in de openingszaal van de mediatheek van Cannes keek op van zijn antiek bureau. 'Ingrid Betancourt?'
Ik knikte. De Frans-Colombiaanse politica werd op 2 juli 2008 bevrijd uit handen van de guerillabeweging FARC. Ze werkte twee jaar aan het relaas van haar zes jaar gevangenschap in de Colombiaanse jungle.
'Te recent,' zei de bibliothecaris. 'Maar we hebben vier exemplaren besteld.'
Wanneer het binnen was?
'Ouh! Dat duurt nog minstens twee maanden.'

Voor ik de kinderafdeling bezocht, doorliep ik de rekken literatuur en pikte een Isaac Bashevis Singer mee. Op de terugweg naar huis luisterde ik naar de radio. France Inter zond een interview met Ingrid Betancourt uit.
"We liepen door de jungle," vertelde ze, "ik op de rug van een guerillero. Ik was te zwak om te stappen. Het was warm. De man die me droeg, transpireerde fel. Ik voelde zijn zweet op mijn huid. De doordringende geur maakte me misselijk.
Na een tijd bleef hij staan om op adem te komen. Toen hij me op de grond legde, zag ik een zwarte wolk op me afkomen. Tien, honderd, duizenden bijen. Ik sloeg om ze weg te jagen, maar was zo uitgeput dat ik flauwviel. Toen ik bij zinnen kwam, enkele minuten later, bedekten de bijen mijn armen, mijn benen, mijn hals. De pijn die ik verwachtte, bleef uit. In de plaats van zweet rook ik een fijne, zoete geur. De bijen zogen het zout van me op en lieten een laagje honing op mijn huid na."

Ik voelde de aandrang om terug te keren naar Cannes, voor een bezoek aan de boekhandel.

Geen opmerkingen: