Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben.
(Harry Mulisch)

maandag 9 maart 2015

Huismoeder op de rand van een zenuwinzinking

Thuis zijn om voor de kinderen te zorgen: een luxe of een hel? Ann-Marie MacDonald put uit eigen ervaring en schrijft over de donkere kantjes van een huismoeder die alles heeft om gelukkig te zijn.

Beeld je een winterse schoolvakantie in. Al twee weken ben je met drie zonen van jonger dan zes aan huis gekluisterd. Ondanks de eeuwige regen ben je de dag moedig begonnen: je hebt UNO gespeeld, voorgelezen, een dvd opgelegd, en ondertussen twee wasmachines gedraaid, gedweild en om het halfuur een eind gemaakt aan pesterijen. Het voelt alsof je een etmaal op bent, maar de klok wijst drie uur aan. Een nieuwe ruzie barst los. Omdat je niet wil roepen, loop je naar buiten. Een huilconcert overstemt het geroffel van de regen. Terug in de hal word je overstelpt door liefdebetuigingen. De dag zal nu kalm verlopen, spreek je jezelf in. De illusie duurt drie minuten. Een treiterig stemmetje, gehuil… het herbegint. Je tast rond je, vindt een regenlaars, en slingert die weg. Tot je ontzetting raakt de zool een kindergezicht. Een paarse plek tekent zich af onder het oog.
Dichter bij een gezinsdrama ben ik niet gekomen en nu zijn mijn zonen acht, tien en twaalf en een pak vredelievender dan vroeger, maar het incident met de regenlaars – dat me nog steeds met schaamte vervult – heeft me geleerd dat elke ouder de controle kan verliezen en dat daar weinig voor nodig is.

Op instorten

Zorgen voor kleine kinderen is een bron van geluk, maar het kan ook gekmakend zijn. Die ambivalentie staat centraal in de nieuwe titel van Ann-Marie MacDonald, In haar lichaam besloten. Elf jaar hebben we op deze derde roman moeten wachten.
Ann-Marie MacDonald (°1958) debuteerde in 1996 met Laten we aanbidden en publiceerde in 2003 De kraaien zullen het zeggen, allebei bestsellers. De fans reageerden ontsteld toen de auteur daarna liet weten dat ze stopte met schrijven om voor haar kinderen te zorgen.
Hoe MacDonald de huismoederrol beleefde, lezen we in haar nieuwe roman. De achtenveertigjarige Mary Rose MacKinnon, de protagoniste, is een alter ego van de schrijfster. Ze heeft dezelfde Libanees-Canadese afkomst, heeft ook een vader die in het leger werkt, is ook lesbisch en getrouwd met een vrouw die carrière maakt als theaterregisseur en heeft twee razend populaire romans op haar conto.
Zodra Mary Rose haar huis in Toronto uitgaat, wordt ze aangeklampt door fans die smachtend uitkijken naar het slotdeel van haar trilogie. Ze wimpelt hun vragen vriendelijk af. Voorlopig eist de zorg voor haar zoontje van vijf en dochtertje van twee haar aandacht op. Matthew en Maggie krijgen biologische maaltijden, gaan naar de peuterzwemles en worden behoed voor elk mogelijk gevaar. Mary Rose is de ideale moeder – naar de buitenwereld toe, althans.
“Er is niets mis met haar leven”, schrijft MacDonald. “Ze heeft een liefdevolle partner en twee gezonde, mooie kinderen. Ze heeft geld op de bank voor hun studie, ze heeft foto’s in albums geplakt. Ze kan pannenkoeken bakken zonder recept (…). Het is een hellend vlak: je begint met zelf ricotta maken en voor je het weet zit je achter de tralies.”
Mary Rose staat mentaal op instorten. Het besloten leven met de kinderen is een kweekvijver voor haar angsten. De dag doorkomen zonder dat Maggie of Matthew iets overkomt – of dat zij hen iets aandoet – is haar enige doel.

Emotionele roetsjbaan

In de week die we met Mary Rose meeleven, is haar partner Hilary op werkreis. Haar vader mailt dat zij en Hilary “zulke goede rolmodellen zijn voor jongeren die misschien te kampen hebben met vooroordelen”. De roman is op te vatten als een zoektocht naar een passend antwoord op dit bericht. Alleen met hond Daisy en de kinderen reflecteert Mary Rose over haar rol als moeder en over haar eigen kindertijd.
MacDonald laat scènes uit het heden en flashbacks elkaar in een jachtig tempo opvolgen. We lezen over Mary Rose’ ouders, de vele verhuizingen en de komst van de kinderen.
“Tijd die werd afgemeten aan dode baby’s, gebroken botten en overplaatsingen”, klinkt het in Mary Rose’ hoofd. Haar moeder kreeg zeven kinderen, waarvan maar drie overleefden. Ze leed aan depressies en woedeaanvallen, die de kleine Mary-Rose beangstigden en tekenden. Klagen durfde ze niet, ook niet toen ze last kreeg van haar arm. Later bleek dat ze een zeldzame botziekte had.
De nare herinneringen blijven komen, maar wat is echt en wat is ingebeeld? Wanneer Mary Rose’ ouders een bezoek aankondigen, neemt ze zich voor de waarheid te achterhalen. Haar moeder is intussen 81 en schijnbaar dementerend, maar misschien kan ze alsnog helderheid brengen? 
De Canadese trekt ons het hoofd van haar door angsten geteisterde protagonist in en neemt ons mee op een emotionele roetsjbaan, langs de hoogten en laagten van het ouderschap. In haar lichaam besloten is een beklijvende roman, waarin iedereen die ooit kleine kinderen in huis had herkenningspunten zal vinden.

In haar lichaam besloten, Ann Marie MacDonald. Vertaling: Inger Limburg en Lucie van Rooijen. Nijgh & Van Ditmar, 376 p.
Deze recensie verscheen op 4 maart in De Morgen.

Geen opmerkingen: