Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben.
(Harry Mulisch)

maandag 10 maart 2014

Gevaarlijk goed debuut


Van sommige romans weet je bijna direct dat je iets bijzonders te wachten staat. Na enkele bladzijden heb je kippenvel en voel je de contouren van je eigen leven vervagen. Je wil doorgaan, maar tegelijkertijd probeer je het moment vast te houden, die abrupte, zeldzame ontheemding die goede literatuur kan bewerkstelligen. Dogma van de jonge Nederlandse schrijfster Anne Eekhout (1981) is zo’n boek. Een debuutroman, nog wel.
In de proloog kondigt een man van zesentwintig, Hidde, voor een camera aan dat hij die avond zelfmoord zal plegen. Zijn vier beste vrienden zijn bij hem. De vijf leven al maanden naar dit ogenblik toe. Ze filmen namelijk een documentaire over zelfmoord.
Eekhout keert terug naar de prille begindagen toen het idee vorm aannam en twijfels domineerden. De vijf personages treden beurtelings op als verteller. Maandenlang leven ze bijna in een huis clos samen. Wrijvingen en intriges blijven niet uit en haast onmerkbaar veranderen de onderlinge verhoudingen. 
Eekhout werkte acht jaar aan Dogma. Ze doseert de informatie zorgvuldig en excelleert in het suggestieve schrijven. Geleidelijk komen we te weten hoe het verleden de personages tekent. De vijf vertellers worden zo echt dat het lijkt alsof we hen uit ons eigen leven kennen. De stemmen zijn ingenieus gecomponeerd en getuigen van een scherp psychologisch doorzicht. 
Naarmate het fatale tijdstip nadert, wordt de een onzekerder en de ander net meer vastbesloten. Maar kan het project nog stoppen? En wat als Hidde zelf niet meer wil dood wil? Het zijn niet de enige vragen die tijdens het lezen rijzen. Hoe ver kan je gaan voor een naaste? Is iemand helpen sterven een ultiem vriendschapsbewijs? Dogma is gevaarlijk goede literatuur. 

Dogma, Anne Eekhout. De Arbeiderspers, 352 p.
Deze recensie verscheen op 5 maart in De Morgen.

Geen opmerkingen: