Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben.
(Harry Mulisch)

maandag 1 november 2010

Redenering



Op de mat lag een roodborstje. Het was warm en zacht en paste precies in mijn handpalm. Ik streek over een poot en voelde de dunne, scherpe klauwen op mijn vingertop. Wat heb je, sprak ik mezelf in, het is toch maar een vogel. Ik moest deze redenering herzien. De jachtscène in La famille de Pascal Duarte van Camilo José Cela stond me voor ogen.

La famille de Pascal Duarte, het debuut van Camilo José Cela, behelst de fictieve memoires van een arme boer in Zuid-Spanje die ter dood is veroordeeld. In de gevangenis wacht Pascal Duarte op zijn ophanging. De jachtscène, van Duarte met zijn hond Etincelle, is een van de openingstaferelen van de roman. We weten op dat ogenblik enkel iets over het dorp van Duarte, in een afgelegen streek tegen de grens met Portugal, en over zijn armoedige huis waarvan alleen de keuken het vermelden waard is. De stem van de ik-verteller klinkt eerlijk en daardoor ook sympathiek. Op dat ogenblik schotelt Camilo José Cela ons de jacht voor.

Etincelle kent de gewoontes van haar baasje. Op de terugweg wacht ze altijd bij Duartes lievelingsplek, een comfortabele steen in de vorm van een stoel. Hij kan daar uren zitten, rokend, terwijl hij spreekt met Etincelle of kijkt hoe ze speelt. Duarte is bijzonder gehecht aan die steen en bij het vertrekken moet hij van zichzelf naar de steen blijven kijken, als een soort afscheid.
Op een dag, terwijl hij langzaam wegwandelt, schijnt het hem toe dat de steen triest is. Hij keert op zijn passen terug en zit opnieuw neer. Etincelle, die de reactie van haar baasje natuurlijk niet begrijpt, gaat voor hem zitten en kijkt hem aan. Haar blik schijnt hem anders toe: koud, onderzoekend ook, alsof de hond naar een vreemde kijkt. Het brengt Duarte buiten zichzelf. Hij neemt zijn geweer en schiet Etincelle neer.

In deze korte scène, die amper een bladzijde beslaat, zet de Spaanse schrijver en Nobelprijswinnaar Literatuur van 1989 het karakter van Pascal Duarte helemaal neer. Koelbloedig, onvoorspelbaar, gevaarlijk. We zitten in het hoofd van een moordenaar.
Is Pascal Duarte zo geworden door de moeilijke omstandigheden waarin hij moet leven (geïsoleerd en in grote armoede, bij een gewelddadige vader en een alcoholverslaafde moeder) of is het zijn lot? La famille de Pascal Duarte doet denken aan een klassieke tragedie en geeft veel stof tot nadenken. Het boek verscheen in 1942, toen Camilo José Cela zesentwintig was, werd door generaal Franco verboden in Spanje en wordt beschouwd als het meesterwerk van de Spaanse Nobelprijswinnaar.

Ik dacht aan de hond van Duarte en daarna keek ik anders naar de vogel. Het was niet "maar een vogel". De dood van een vogel kon even gruwelijk en onbegrijpelijk zijn als de dood van Etincelle. Dit was gewoon de wet van de natuur. Ik legde het roodborstje neer en ging binnen melk halen voor de kat die aan mijn benen stond te miauwen.

Geen opmerkingen: