Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben.
(Harry Mulisch)

donderdag 17 september 2015

Geen hoogvlieger

Arthur Japin schreef een historische roman over de Braziliaanse luchtvaartpionier Alberto Santos-Dumont. Hoe fabelachtig die geschiedenis ook is, toch komt het boek niet echt van de grond.

Soms overtreft de werkelijkheid de fictie. Je kan dit perfect zeggen over het levensverhaal van Alberto Santos-Dumont (1873-1932), de Braziliaan die de annalen is ingegaan als 'de eerste mens die door de wolken kon navigeren'. Arthur Japin (°1956) plaatst de geschiedenis van dit personage centraal in zijn nieuwe roman, De gevleugelde.
Met zijn broers groeit Alberto Santos-Dumont op in het hart van het oerwoud, in een villa die niet zou misstaan aan de Côte d’Azur. Terwijl zijn vader de jungle te lijf gaat en een winstgevende koffieonderneming opricht, laat zijn moeder het oude Portugal in de chique salons van het huis herleven. Het motto van vader en moeder Santos-Dumont luidt: ‘Neem de wereld niet zoals hij is, maar bewerk hem tot wat hij zou moeten zijn.’ 
Mits vernuft en wilskracht, zo leert de jongen, valt de wereld volledig te herscheppen. De romans van Jules Verne, die in luxueuze uitvoeringen vanuit Europa overkomen, wakkeren zijn verbeelding en creativiteit aan. Hij is nog maar een kind als hij zijn moeder en voedster reeds verrast met een zelfontworpen luchtballon. 
Arthur Japin lardeert het verhaal met historische feiten en laat zien hoe Alberto zich ontpopt tot een succesvol luchtvaarder en een van de meest aanzienlijke figuren van het Parijs van de Belle Epoque. Vliegen is voor Alberto niet alleen een technische uitdaging, maar het is ook letterlijk een vlucht. Door zijn (te) sterk ontwikkeld empathisch vermogen ervaart hij het leven tussen de mensen als beklemmend. In de lucht voelt hij zich beter in zijn element. Japin schrijft: ‘Zo heeft hij altijd het meeste van mensen gehouden. Hun zindering te voelen zonder hun zwaarte. Te weten dat die er is, al die energie die ze vragen en opwekken, maar ver genoeg bij hem vandaan om er geen schok van op te lopen.’ 
Het 'grote' hart van Alberto is een terugkerend element in de roman. Alberto werd steeds gefotografeerd met de mooiste vrouwen van Parijs, maar hij is steeds vrijgezel gebleven. Had hij zijn hart verloren aan zijn mecanicien Albert Chapin? Japin lijkt het te suggereren.
Gemiste kans

Hoewel dit levensverhaal romanesk potentieel op overschot biedt, overtuigt De gevleugelde niet. Dat ligt in de eerste plaats aan de manier waarop Japin vertelt. Je leest over Alberto, maar als personage wordt hij niet invoelbaar. Japin hanteert een alwetende verteller die te veel afstand behoudt en geregeld bespiegelingen op de lezer loslaat die het verhaal stremmen en belerend overkomen. 
Het einde lijkt prematuur; over de laatste dertig jaar van Alberto komen we nauwelijks iets te weten. De gevleugelde biedt hooguit een interessante geschiedenis, maar een hoogvlieger is het niet.

De gevleugelde, Arthur Japin. De Arbeiderspers, 320 p. Deze recensie verscheen op 16 september in De Morgen.


Geen opmerkingen: