Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben.
(Harry Mulisch)

donderdag 3 september 2015

Een huwelijk van vonken en tranen

Connie Palmen schrijft heftig boek over de noodlottige liefdeshistorie van Sylvia Plath en Ted Hughes

Toen Sylvia Plath in 1963 uit het leven stapte, werd haar man Ted Hughes als zondebok aangewezen. Zij was een martelares, hij de moordenaar van een genie. Connie Palmen geeft Hughes een stem en werpt een nieuw licht op het meest besproken huwelijk uit de moderne westerse literatuur.

Sylvia Plath (1932-1963) en Ted Hughes (1930-1998) waren zeven jaar samen, maar wie Jij zegt het van Connie Palmen leest zou denken dat ze elkaar veel langer hebben gekend. De Amerikaanse en de Brit hadden een onwaarschijnlijk heftige relatie. Na de zelfmoord van Plath op 11 februari 1963 (de dichteres vergaste zich in haar Londense keuken, terwijl haar jonge kinderen boven in bed lagen) werd Hughes met de vinger gewezen. Hij had haar in de steek gelaten voor een ander. Zijn naam werd herhaaldelijk uit Plaths grafsteen weggehakt.
Over zijn huwelijk met Plath heeft Hughes weinig prijsgegeven. Tot in 1998, toen hij, enkele maanden voor hij stierf, de beeldschone autobiografische bundel Birthday Letters de wereld instuurde. 
In haar nieuwe roman schetst Palmen het huwelijk vanuit zijn perspectief. De gedichten over Plath vormden haar belangrijkste leidraad, vertelt ze in het nawoord.

Demonen
In de huid te kruipen van een dichter die een van de beste stemmen van zijn generatie wordt genoemd, moet je durven. Palmen, de grande dame van de Nederlandse letteren wekt de dichter met glans tot leven en maakt ons in een precieze, rijkgeschakeerde taal deelgenoot van zijn gedachten, schrikbeelden en bezweringen. 
Op het ogenblik dat Hughes aan zijn verhaal begint, loert de dood reeds om de hoek. Hij blikt terug op zijn ontmoeting met Plath in Cambridge en ziet voortekenen van een tragische liefdesrelatie. «Van een vrouw die je bijt in plaats van kust, had ik moeten weten dat iemand liefhebben voor haar gelijkstond aan iemand bevechten. (…) Wie zo een liefde begint, weet dat er in het hart van die liefde geweld en vernietiging schuilgaat. Tot de dood erop volgt. Van meet af aan was het gedaan met een van ons. »
Het is 1956, Plath is drieëntwintig en heeft al enkele roemvolle jaren achter de rug. Hughes weet niets over haar complexe karakter, noch over de zelfmoordpoging die ze ondernam op haar twintigste. De vrolijkheid en exuberantie van de ‘zonneschijnblonde’ Amerikaanse verblinden hem. Vier maanden na hun kennismaking trouwen ze.
Rimpelloze huwelijkswateren zullen Plath en Hughes nooit bevaren. Van bij het begin is hun liefde allesverzengend. Hughes moet de demonen die Plath kwellen onder ogen zien als hij in 1957 met haar naar de Verenigde Staten verhuist, waar hij wordt geconfronteerd met haar jaloezie en wantrouwen, het gemis van haar vader (die stierf toen ze acht was), de morbide band met haar moeder, haar gemoedswisselingen, waanbeelden en angsten. Als Plath in een depressie verzeilt, zoekt hij radeloos naar verklaringen, ook in hun symbiotische relatie. ‘Waren we te innig verklonken, waardoor zelfs onze stemmingen op elkaar gingen lijken en wij elkaar omlaag trokken, de onderwereld in?’
Een verhaal dat je niet opzij kunt leggen voor de laatste bladzijde gelezen is
Palmen biedt een aparte, boeiende inkijk in de liefdeshistorie van twee van de grootste dichters van de 20ste eeuw, maar je kan de roman evengoed lezen als een universeel verhaal - als de hartstochtelijke, noodlottige geschiedenis van een huwelijk tussen twee geestverwanten. De schrijfster wekt veel mededogen op voor Hughes, wiens leven beheerst zal worden door de dood van zijn ‘bruid’. Ze neemt je mee van top naar dal, van vonken naar tranen, zonder ooit in de valkuil van het sentiment weg te glijden.

Intieme vriend

Familie, vrienden en kennissen vinden algauw dat Hughes zich door Plath laat manipuleren, dat hij zich te beschermend opstelt en de grillen van zijn vrouw maar steeds goedpraat. Hij verdedigt haar en blijft loyaal. 
Ondanks alle moeilijkheden zal ze een grote steun voor hem blijven. Zij is het die onvermoeibaar zijn gedichten uittikt en opstuurt naar uitgeverijen, en wanneer hij met zijn debuutbundel lovende recensies oogst, kan haar vreugde niet op. Wanhopig moet ze aanzien hoe haar carrière stagneert. Ze zoekt vervulling in het moederschap - tevergeefs. 
Hughes voelt zich langzamerhand verstikken in het huwelijk en laat de vos die hem al jaren beloert toe in zijn leven. Pas als hij verliefd wordt op een ander en vreemdgaat, slaagt Plath het genie dat in haar schuilt te bevrijden. De faam zal pas volgen na haar dood.
Jij zegt het is een verhaal dat je niet opzij kan leggen voor de laatste bladzijde gelezen is. Het vat je bij de strot en laat je niet los - alsof je de hele nacht naar een bekentenis van een intieme vriend hebt geluisterd en wankelend terugkeert naar je eigen (bleke) realiteit, dronken, niet van de alcohol, maar van de heftige emotionele reis die je hebt gemaakt.

Jij zegt het, Connie Palmen. Prometheus, 240 p. Deze recensie verscheen op 2 september in De Morgen.


Geen opmerkingen: