Niet de schrijver, de lezer moet fantasie hebben.
(Harry Mulisch)

woensdag 16 mei 2012

Steunbeer (Mathijs Deen)

pas·ti·che [pastiesj(e)] de; m -s werkstuk in nabootsende stijl

Stof voortjagend buitelt de novemberwind over stoppelvelden
en zandwegen, jaagt kraaien op, duwt Hend de slager
van hoeve naar hoeve. Heraut van de balkenbrij! De varkens
in de kotten vallen stil, heffen de kop boven de trog, luisteren

Geen vogel zingt. De boerin wel, haar emmer tuimelt
op de deel, de koperen klok slaat in de opkamer.
En buiten tegen de bosrand, klaagmuur van het oosten,
na de verre kreet van noabers beer, eerst stilte

dan een windvlaag. Hondengeblaf, vreemde klompen
op het erf. Hend, doodsengel, mompelt tegen de ladder, grijnst
naar het varken dat omhoog loert in de strop. Hij zwalkt, steunt

op de vette schoft, zegt: het is de derde en steekt, boert boven
het kolkend bloed. Straks vetprijzen, nog meer jenever. Nu
overeind blijven. Bloed aan zijn schort, bloed in zijn ogen.

Mathijs Deen (°1962) is schrijver en radiopresentator. Eerder publiceerde hij verscheidene romans bij Uitgeverij Passage. Zijn laatste boek, Brutus heeft honger (Thomas Rap), is een bundel van 44 miniatuurtjes waarin hij een historisch figuur telkens met een maaltijd verbindt.

4 opmerkingen:

Chrétien Breukers zei

H.H. ter Balkt?

Mathijs Deen zei

Fijn dat er iemand is die hem meteen herkent, Chretien. En zo leuk om te doen.

Chrétien Breukers zei

Heb ik nu iets verpest?

Mathijs Deen zei

integendeel. ik ben gevleid